Richtlijnen tuinonderhoud

Onderhoud heg en strook voor de heg
De heg vormt de begrenzing tussen privé beheerd terrein en openbaar gebied; het tuinpad is immers voor iedereen toegankelijk, dus ook voor niet-leden. Het onderhoud van de heg is de verantwoordelijkheid van de individuele tuinders. Voor een uniforme en prettige, open aanblik hebben we algemene richtlijnen, zodat de heggen samen enigzins een éénheid vormen:

de haag: 

    •    dient 5 cm over het asfalt te steken 

    •    heeft een breedte van  40 cm

    •    mag niet hoger zijn dan 1 meter

De strook tussen haag en toegangspad dient onkruidvrij (vrij van alle andere begroeiing dan de haag) gehouden te worden. Voorts moet achter de haag een strook van 1.25 meter worden vrijgehouden van vaste planten en/of bomen.

Het moment van snoeien mag gekozen worden door de leden zelf. Met 2 a 3 snoeibeurten per jaar staat de heg er altijd redelijk goed bij. Vanuit de commissie natuurlijk tuinieren bestaat er de richtlijn te wachten tot de heg is uitgebloeid (meestal rond eind juni), zodat de insecten er maximaal van kunnen profiteren. In dat geval is het zeker aan te raden dan al begin april een snoeibeurt te verrichten, zodat de heg niet te ver uit vorm groeit voordat deze is uitgebloeid. 

Onderhoud veur
De veur vormt een buffer tussen onze tuin en die van onze buren. Door het volledig vrij houden van de veur (van onkruid, andere begroeiing en objecten) zorgen we er voor dat onkruid en andere ongewenste vegetatie geen ruimte krijgt zich naar onze buren te verplaatsen. De veur is ook een duidelijke grens tussen twee tuinen en daarnaast heeft de veur een afwateringsfunctie. Daarom dient de veur ook (zoals op dit moment bepaald) vrij van andere materialen zoals schelpen, grind of houtsnippers te zijn. We hebben dit overigens bij een aantal tuinen gesignaleerd. Dit zal binnenkort door het bestuur besproken worden. 

Onderhoud slootkant hagen, bomen en schutting (-en) en gras
Bij het inspecteren van de tuin is er speciale aandacht voor de slootkant, hagen, bomen, schuttingen en gras. Net als de rest van de tuin dient de slootkant vrij van onkruid te worden gehouden, en eventuele vegetatie in de sloot (riet etc) dient jaarlijks te worden verwijderd. Hierbij dien je de richtlijnen voor slootonderhoud van de provincie te volgen.

Wat betreft tuinafscheidingen voorziet het huishoudelijk reglement in een aantal voorschriften, welke ook in de inspectie worden meegenomen. 

Lettende op de doelstelling van een volkstuin is het niet toegestaan om meer dan één derde gedeelte van het oppervlak van de tuin met gras te bezaaien. 

Ook is het niet toegestaan populieren en wilgen te planten, tenzij deze jaarlijks tot een maximale hoogte van 2 meter worden geknot en aan de slootkant worden geplant. 

Voorts dienen hagen en bomen regelmatig gesnoeid te worden.

algeheel onderhoud
In de statuten is genoteerd: 

“Het lid is verplicht de tuin, bouwsels en beplantingen goed te onderhouden, onkruid te verwijderen, de grond van de tuin niet te vervuilen, schadelijke effecten voor het milieu te vermijden en alleen gebruik te maken van bestrijdingsmiddelen die wettelijk zijn toegestaan. “

Maar wat is nu ‘goed onderhoud’? 

Over smaak valt te twisten, maar het is veelal goed zichtbaar of er regelmatig actief wordt getuinierd. Zeker in het hoogseizoen vraagt het onderhoud van een tuin minstens twee dagdelen per week en we vragen ieder lid zich dit goed te realiseren. Als het langere tijd niet lukt deze tijdsinvestering te doen, is het goed jezelf de vraag te stellen of je de volkstuin nog wel past bij je huidige wensen en prioriteiten.

Wordt overmatige begroeiing tussen tegels regelmatig verwijderd? Worden bomen en hagen op tijd gesnoeid, is de algehele aanblik verzorgd? Is er geen achterstallig onderhoud aan schuurtje, huis en/of kas?

Wordt er regelmatig onkruid verwijderd?

Wat, onkruid!!?

Ja, onkruid! Doorgaans wordt hieronder verstaan; “begroeiing door ongewenste soorten en planten”. Maar wat voor de één duidelijk onkruid is, kan voor de andere een mooi natuurlijk plantje zijn. Zo zal de ene tuinder verwoedde pogingen doen om de tuin vrij te houden van het woekerende guldenroede, terwijl de andere deze juist aanschaft bij kweker of tuincentrum om doelbewust in de tuin te zetten. De ene tuinder haalt strict alle hondsdraf weg, de ander laat het gaan voor de zoemende insecten of als garnering in de salade. Huh?

Ondanks de verschillen in opvatting over wat onkruid is, valt er zeker wat te zeggen over ‘onkruid’ daar waar het onze medetuinders tot last kan zijn. Want veel onkruid is juist onder die noemer bekend, omdat het zich erg makkelijk en flink uitzaait, en daarna erg moeilijk weer in toom te houden is. Als we een stuk tuin vanaf februari niet ‘bijhouden’, staat het in mei meestal al ontzettend vol met grassen, en als het tegenzit ook met akkerwinde, heermoes en zevenblad. Menig soort zal zich gaan voortplanten middels zaad dat zich onder andere via de wind over grote afstanden kan gaan verspreiden naar alle andere tuinen. Andere soorten beschikken over een onoverwinnelijk sterk netwerk van ondergrondse en diepe wortels, die zich bij pogingen tot verwijderen als magisch in aantal vermenigvuldigen en die zich met gemak onder een onkruidvrije veur door manouvreren…

De richtlijn om onkruid te verwijderen heeft dus niet zozeer met smaak of wel of niet ‘natuurlijk tuinieren’ te maken, maar alles met het voorkomen dat de begroeiing problemen geeft bij onze buren. Het betekent dat we regelmatig met oog voor detail alles wat groeit in onze tuin inspecteren, en waar nodig verwijderen.